Van Bruggen laat zich voor zijn improvisaties inspireren door het werk van componisten als Bach, Krebs, Buxtehude, Mozart en hun tijdgenoten. Tot in de negentiende eeuw werd door organisten veelvuldig geïmproviseerd. Händel schreef de solopartijen van zijn orgelconcerten pas uit toen die gedrukt moesten worden en improviseerde tijdens concerten volop. Ook Bruckner genoot wereldfaam als organist, maar schreef geen enkele van zijn improvisaties uit.
↧